woensdag 16 oktober 2024

Wecken - meal preppen

Zaterdagochtend gingen Willem en ik al bijtijds op weg naar Amersfoort. We gingen een bakkie koffie doen bij Dirk en Miriam, maar brachten ook meteen een bezoekje aan de Turkse supermarkt daar (Omur markt aan het Neptunusplein). Het is eigenlijk meer een Turkse groothandel, met hoog opgestapelde dozen en kratten en pallets vol olie en bulgur en couscous en ingemaakte groenten enzovoorts.

Zo ongeveer eens in het half jaar vind ik het leuk om daar bepaalde producten in het groot in te slaan. En deze keer gingen we onder meer voor diverse vleesaanbiedingen. Je koopt daar dan zakken of dozen vlees van 10 kilo. Dat zijn wel echte groothandelsvolumes, maar die zijn dan ook echt tegen groothandelsprijzen en dus de moeite waard.

Ik kocht verder onder andere een voorraad olie, wat peulvruchten, paprika´s (1,50 per kilo), andere groenten en fruit, emmertjes yoghurt en tenslotte schepte Willem wat baklava uit de vitrine in een doosje. Dat was om mee te nemen naar Dirk en Miriam. We hebben daar inderdaad een heerlijk zaterdagochtendbakkie gedaan mét de baklava, waar ze allebei verzot op zijn :-).

Thuisgekomen heb ik de aankopen die gekoeld bewaard moesten worden meteen in de koeling gedaan en de kippenpoten apart verpakt in de vriezer. De rest van de koelverse producten zou ik pas op maandag gaan verwerken. Daar was op zaterdag geen tijd meer voor. Twee kilo van de borrelpootjes kruidde ik vast, zodat de kruiden er lekker in konden trekken. Die gingen aan het einde van de middag op de bakplaat in de oven. Lekker voor bij de zaterdagse frieten.

Maandagochtend  begon het grote weck- en mealprep-feest. ´s Morgens om 5 uur heb ik als eerste het rundvlees in porties gesneden, gekruid een aangebraden. Ik gebruikte de vleeskruiden uit m´n webshop en zoutte met fijn keltisch zeezout. Ik braadde de lapjes aan in roomboter. Daarna bakte ik wat in maantjes gesneden uien, deed een scheut heet water, een scheutje rode wijnazijn en een paar laurierblaadjes in de pan en liet het vlees een paar uur zachtjes sudderen. Net zolang tot het ´oma´s draadjesvlees´ was.




Inmiddels zit het vlees in weckpotten en staat het nu juist in de weckketel. Heerlijk om zoiets zo voor de grijp op de plank te hebben staan. 

Ook ging ik aan de slag met het rundgehakt, wat ik had gekocht. Ik maakte het klaar met ei, beschuit en gehaktkruiden en draaide er 30 gehaktballen van en daarnaast ook nog een voorraadje soepballen.



De gehaktballen zijn intussen ook gebraden. Ik heb gelukkig voor zulke klussen een enorme braadpan, die we ´het zwembad´ noemen. Het is de pan, waarin mijn moeder vroeger, toen mijn ouders een slagerij hadden, rollades voor de winkel braadde. Ook de ballen zitten in weckpotten en staan samen met het vlees in de weckketel.

De paprika´s zijn geroosterd in de oven. Daarna roosterde ik ook een bakplaat vol met tomaten (uit eigen tuin, uit de vriezer) en ui. Ik gebruikte er enkel een snuf oregano en een scheut olijfolie bij. Na het roosteren heb ik alles door de roerzeef gedraaid en er (in de verhouding 1 : 1) bouillon bij gedaan. Samen met een deel van de soepballen werd het een heerlijke soep. Ik had eigenlijk veel méér paprika´s moeten kopen, bedacht ik achteraf. Hoewel ... het is alles bij elkaar natuurlijk best veel werk. Misschien is het wat dat betreft ook wel precies genoeg voor deze week :-).



De soep wil ik ook wecken. Maar het paste niet meer bij het vlees in de weckketel. Daarom wil ik vandaag graag de rode kool, die ik van de moestuin heb gehaald, klaarmaken om te wecken. Dan kan de soep samen met de rode kool in de ketel.

Stukje bij beetje raakt de kelder zo weer gevuld. Ik heb besloten om me toch wat beter voor te bereiden op ´barre tijden´. Je moet er niet aan denken, wat er gebeurt, als de stroom langdurig uitvalt. Of eigenlijk kun je er maar beter wél aan denken en je er op voorbereiden. Aan een vriezer met voedsel heb je in zo´n geval niets. Maar met een kelder weckvoorraad (en een paar petroleumstellen) ben je beter voorbereid. Ik ga ook een voorraad drinkwater wecken. Eten en drinkwater zijn toch wel de eerste levensbehoeften. En warmte ook (zei de kloukleum). Daarom ben ik blij met onze houtkachel.

Over houtkachel gesproken: ik heb maandag toch iets meegemaakt! Voor ons huis ligt er eigenlijk altijd wel kachelhout op voorraad. Hans neemt vaak stammen mee van zijn werk (hij is boomverzorger) en die worden voor ons huis, waar we parkeervakken hebben, gezaagd en gekloofd. Nu werd er maandagmiddag aan de deur geklopt. Ik was samen met Maria boven in de inpakruimte aan het werk. Ik loop dus naar beneden en zie een jonge knul voor de deur staan. Ik zwaai de deur open en verwacht, dat hij zegt, dat hij iets komt halen of brengen. Maar hij vraagt of hij even binnen mag komen (het regende), omdat hij nogal een verhaal had. Ja hoor, kom verder.

Hij vertelde, dat zijn oma overleden was. Zijn oma woonde in Sliedrecht en hij kwam zelf uit Oss. Zijn Brabantse accent had hem al verraden :-). Nu waren ze het huisje van oma aan het leeghalen en de grote, donkere, eikenhouten kast moest naar de stort. Er was een aanhangwagen van Bo-rent gehuurd en de jongeman was naar de stort in Sliedrecht gereden. Maar ... hij mocht de kast niet storten. Reden: hij reed met een bedrijfswagen! Vervolgens was hij naar de stort in Dordrecht gereden. Maar ook daar mocht hij de kast niet storten, want die kwam uit het verkeerde postcodegebied. Nu was hij dus met aanhangwagen en kast weer bijna terug in Sliedrecht en wist totaal niet meer, wat hij ermee aan moest. Hij vertelde, dat hij had overwogen, om de kast dan maar ergens te dumpen. ¨Maar ja, dat dóe je toch niet?!¨ vroeg hij vertwijfeld. Toen was hij bij ons langs gereden en had al dat hout gezien en nu vroeg hij, of hij die kast er dan misschien bij mocht zetten. Misschien kon hij dan wel in de kachel.

Nou zijn wij best heel kritisch, op wat er in de kachel gaat. Daar stook je geen bewerkt, gefineerd, of dergelijk hout in. Dat moet gewoon onbewerkt hout zijn. Maar goed. Ik liep dus even met hem mee naar de auto en zag dat Bo-rent aanhangwagentje met die kast erop. Ik vond het zó sneu voor die knul. Ik zei dus, dat hij de kast dan wel bij het hout mocht zetten en dan zouden wij verder wel zien, wat we ermee deden.

De jongen sprong een gat in de lucht. Hij zei wel drie keer, dat ik niet half wist, hóe blij hij hiermee was en beloofde de kast helemaal klein te maken. Dat heeft hij ook keurig gedaan. Er staat uiteindelijk alleen maar een aantal planken!

´s Avonds aan tafel vertelde ik het verhaal in geuren en kleuren. En we waren collectief verontwaardigd: als er een jonge knul met een Bo-rent aanhangwagen en daarop een oude oma-kast bij de stort komt, welke overijverige ambtenaar houdt dan vol, dat er ´geen bedrijfsafval´ gestort mag worden, enkel omdat er een bedrijfsauto vóór die aanhangwagen staat! BAH! Wat een STOM gedoe, dit!

Afijn. Het verhaal kreeg nog een leuk staartje. Gisteren klopte iemand aan bij de voordeur. Maria deed open en er stond een bloemist met bloemen op de stoep. ¨Deze zijn voor ´Heldin´¨, zei hij. ¨O,¨ zei Maria, ¨die woont hier niet. Moet u soms bij 5A zijn? Wij zijn nummer 5.¨ Nee, de meneer moest niet bij 5A zijn, maar echt bij 5. Maria draaide zich om en riep mij erbij. Ma, kent u ene ¨Heldin¨? Huh? Nee! ¨Anders leest u even het kaartje, wat er aan hangt,¨ zei de bloemist. ¨Misschien is het dan duidelijk, voor wie ze zijn.¨ Ik begon het kaartje te lezen en na drie woorden was het me duidelijk. Ha, ha, die bloemen waren van de jongeman en ´Heldin´? Dat was ik!


Nou, helemaal geweldig toch, dit?!

Verder hebben we de afgelopen week niet zoveel bijzonders meegemaakt. Ik heb weinig foto´s gemaakt ook. M´n telefoon laadt niet goed meer op en daardoor heb ik hem niet steeds op zak. Nou ja, een paar dan:

Donderdagochtend kreeg ik de deur niet goed open. Het leek wel, of hij een beetje over de grond knarste. De oorzaak was snel gevonden. Er was een mol bezig geweest. Die had precies langs de gevel en langs de deuren een gang gegraven en de boel omhoog gewoeld. Lekker handig, mevrouw of meneer Mol!



Donderdagavond was de halve familie in rep en roer vanwege het zichtbare noorderlicht. Jan zit in één of andere whatsappgroep en volgt het allemaal op de voet. Hij steekt dan op zijn beurt z´n broers weer aan. Sowieso hebben we (schoon)zoons, die altijd met ´de lucht´ bezig zijn. Alles vinden ze mooi: bijzondere wolken, de regenboog, onweer. En natuurlijk ook het noorderlicht. Ze hadden een mooie avond.


Intussen was ik zelf met andere dingen bezig. Ik had vrijdag weer een workshop en dan ben ik op donderdagavond in de weer om alles voor te bereiden. En toen ik eenmaal klaar was, stapte ik maar al te graag m´n bedje in. De rest mocht voor mijn part de hele nacht blijven flippen op het noorderlicht :-).


Ik haalde vorige week m´n tuin voor een groot deel leeg en oogstte rode kool, pompoenen, bieten, aardappels. Een deel van de pompoenen hangt nog aan het rek. Die laat ik zo lang mogelijk rijpen. Voor de rest gaat het nu wel opschieten in de tuin. Nou ja, de zoete aardappels moeten er nog uit. Maar daarna staat er vooral nog winterspul: boerenkool en palmkool. En voor zolang het duurt: Nieuw-Zeelandse spinazie. Daarvan krijgen de kippen elke dag een paar stengels. Dat vinden ze heerlijk.


Ziezo. Het is intussen tijd voor het ontbijt. Het belooft een mooie, warme herfstdag te worden! Extra leuk voor mijn broer en schoonzus, die vandaag 40 jaar getrouwd zijn en met kinderen en kleinkinderen op stap gaan!