M'n tuintje is klaar! Mijn hangende aardbeientuintje wel te verstaan. En ik ben er zó blij mee. Het fleurt de hele tuin zomaar op. Dat komt omdat Willem halverwege de klus bedacht om de plankjes rood te verven. Wat staat dat gezellig!
Het tuintje hangt aan een wand van de schuur. Die wand moest nodig gebeitst worden, want de bladders hingen eraan. Eerst heeft Willem dus die wand gebeitst.
In een vooruitziende blik had ik vorig jaar aan het einde van de zomer een blik afgeprijsde Rambo beits meegenomen. Van meer dan 25 euro afgeprijsd naar 7 euro en een beetje. Het blik was precies genoeg voor die wand. Mazzel. Daarna heeft Willem het door mij bedachte tuintje gemaakt. Het zijn plankjes waarin Willem gaten heeft gezaagd. In die gaten hangen potten met aardbeien. Doordat ze in de gaten hangen, kunnen ze niet wegwaaien. Zes van de negen potten kreeg ik pas geleden van een attente bloglezer. De andere drie heb ik bij het tuincentrum gebietst en mocht ik meenemen voor een euro. De aardbeienplantjes zijn deels overgehouden/gestekt van vorig jaar en deels gekocht voor 80 cent per stuk. Willem heeft de plankjes met waslijndraad vastgemaakt aan de wand van de schuur en ze zó gehangen, dat het water er afloopt. Als het goed bevalt wil ik aan het einde van de zomer nog een tweede rij plankjes eronder hebben. Daar wil ik dan nieuwe stekken van de huidige planten in opkweken. Zo krijg ik een rij oude en een rij nieuwe planten en kan ik wel even vooruit.
Wat een lol kun je hebben aan een paar vierkante meter tuin! Vandaag kwam er nog een bloglezeres langs die verbaasd zei: "Op de foto's lijkt het een heel grote tuin, maar 't is eigenlijk maar een postzegel!" En ja, zo is het. Vooral als de kinderen hun fietsen op het straatje parkeren en de droogmolen volhangt. Soms (nee, eigenlijk heel vaak) verlang ik ook naar een heel groot buiten. Met een joekel van een moestuin, een boomgaardje, een zitje in de zon en één in de schaduw en, en, en. Maar waarom zou ik niet tevreden zijn met wat ik heb? Innig tevreden voel ik me, als ik kijk naar de met liefde gemaakte aardbeientuin. Innig tevreden met m'n twee kippetjes. Zelfs ook innig tevreden als ik gieter na gieter in de douche vul en de trap opsjouw naar het dakterras waar de tomatenplanten zo heerlijk groeien en de sla bijna te oogsten is. Innig tevreden met de citroenmelisse uit eigen tuin. En al de beloftes die er nog in de tuin liggen. Op het moment is het erg groen met weinig kleur. Dat moet D.V. volgend jaar beter. Toch wat eerder beginnen met bloemen zaaien misschien. Maar 'straks' gaat er heel veel tegelijk bloeien en kunnen we nog een zomer lang genieten van de kleurtjes.
Nog even snel een receptje delen. Ik kreeg het door van Ellen. Ik weet niet of ik het precies deed zoals zij, want het ging snel, snel even over de mail. Hoe dan ook, ik noem die heerlijke koeken maar chocoladebuideltjes en het gaat zo:
Neem plakjes bladerdeeg en leg ze uit op het aanrecht. Laat ze een klein beetje ontdooien en leg dan op ieder plakje een stuk/reepje/paar blokjes chocolade. Vouw de plakjes dubbel en snijdt de op elkaar gelegde uiteinden in een ronde vorm. Het leukst is het als je zo'n wieltje hebt, waarmee je dan een mooi kartelrandje maakt. Maar gewoon glad af met een mesje gaat ook prima. Leg de buideltjes op een met bakpapier beklede bakplaat. In mijn gewone huis-tuin-en-keuken-oven passen 14 buideltjes op één plaat. Bak de buideltjes in een op 200 graden voorverwarmde oven in 20 minuten gaar en mooi bruin. Tel je vingers even voordat je erin bijt ;-).
De afgesneden stukjes bladerdeeg rol je tussen twee lagen plastic uit tot een dunne lap. Steek met een koekstekertje (of snijd met een mesje) leuke figuurtjes uit de lap en bak ze in een paar minuten op de bakplaat bruin. Dit zijn leuk versieringen voor op de soep. Kies toepasselijke figuurtjes: een bloemetje voor op een lentesoepje, sterren voor op kerstsoep, hartjes voor op vaderdag enzovoorts. Je kunt de figuurtjes los invriezen en vlak voor gebruik uit de vriezer halen.