Gisteren is er niet zo heel veel gekomen van het verwerken van de voorraden. Zowel 's morgens, als 's avonds kregen we bezoek. En 's middags heb ik behoorlijk wat werk gehad aan administratie, die écht gedaan moest worden, aangezien e.e.a. uiterlijk 14 augustus moest ingediend zijn. Het enige wat ik aan mijn groentenwerk heb gedaan is de tomaten-'oersoep' door de roerzeef gedraaid en geweckt. Ik werk met de roerzeef, omdat mijn hoeveelheden niet met de staafmixer gaan. Die is daarvoor te klein. Bovendien zeef je met de roerzeef ook de kleine gele tomatenpitjes eruit. Dat vind ik mooier staan voor als ik bijvoorbeeld licht gebonden tomatensoep van de basissaus wil maken. Het resultaat van 2 dagen tomaten-aktie is 15 1/2 liter basissaus. Lekker handig, zo'n voorraad!
Verder heb ik nog een emmer snijbonen schoongemaakt en in ruiten gesneden. De helft daarvan hebben we gisteren gegeten. Met sucadelapjes, gekookte aardappels en zelfgemaakte appelmoes. Mmm.
Vandaag had ik voor de laatste keer gezinshulp. Ik ben heerlijk geholpen, maar voelde geen spijt, toen ik de laatste hulp voor de laatste keer uitzwaaide. Ik voel me weer goed genoeg om zelf mijn huishouding te runnen. En wat is er dan fijner?
Vanavond heb ik mijn weckketel aangezet om een virtuele aanwijzing ontsappen te kunnen bloggen.
Eerst even de theorie achter het ontsappen: Er wordt een hoeveelheid water aan de kook gebracht (onder in de ketel). De stoom die daarbij vrijkomt is heter dan 100 graden en zorgt ervoor dat de vruchten die daarin hangen (in een 'vergiet') openbarsten en hun sappen loslaten. De sap wordt opgevangen in een emmer. Die emmer zit onder het vergiet en heeft in het midden een gat waardoor de stoom bij de vruchten komt. Je kunt voor sap maken iedere fruitsoort gebruiken. Zacht fruit, zoals bramen en bessen, is eerder klaar dan bijvoorbeeld appels. Je kunt het sap meteen zoeten (in het weckboek staan daarvoor richtlijnen) en het daarna in flessen doen en wecken. Je kunt er ook voor kiezen om van het sap bijvoorbeeld gelei of siroop te maken.
Vanavond heb ik het weckvergiet gevuld met appels (die op moesten) en met peren, die mijn vader maandag meebracht. Ik schat, dat het zo'n beetje 6 kilo fruit was.
Ik heb de weckketel (ik heb een elektrische) op ontsappen gezet en heb hem zo een uur laten staan. De peren begonnen toen al aardig zacht te worden, maar de appels waren nog vrij hard. Wel kon je al zien, dat de vruchten opgebarsten waren.
Ik heb met de pureestamper het fruit een beetje aangeduwd en mijn kookwekker op 30 minuten gezet.
Toen het wekkertje afliep was het ontsappen in volle gang. Ik heb mijn pureestamper weer gebruikt om de boel aan te stampen en ik kon al goed merken, dat de hoeveelheid fruit flink inzakte.
Intussen rook het hier lekker fruitig. Ik heb de kookwekker nog een keer ingesteld. Nu op 15 minuten. Na die 15 minuten trok ik de stekker uit het stopcontact. Ik hanteerde nog eens mijn stamper en liet alles nog een kwartiertje staan om goed uit te lekken.
De opvangemmer bevatte een behoorlijke hoeveelheid sap.
Die versgeperste sap is troebel. Als het je om de sap te doen is, kan je dat gewoon zo laten. Dat is gezond en lekker. Maar omdat ik van dit sap limonadesiroop wil maken heb ik het gezeefd door een doek.
Ik heb nu bijna 6 liter puur sap klaarstaan.
D.V. morgen wil ik daar siroop van maken. Ik had daarvoor niet genoeg suiker in huis. Bovendien wordt het dan te laat.
In de tijd dat mijn weckketeltje hard aan het werk was, heb ik de maandag gebrachte spercieboontjes afgehaald. Ook daaraan wil ik morgen verder werken. Ik wil ze blancheren en invriezen. Boontjes zijn zeer geschikt om te wecken. Maar juist boontjes vinden wij niet lekker uit de weck. Dus invriezen dan maar.