Het is maandagavond en Willem en ik zijn een avondje samen thuis. Dat gebeurt niet zo vaak. Het begon er al mee, dat we maar met z´n tweeën zaten te eten. Henk belde om een uur of vijf op, dat hij bij Hans in Mijnsherenland was en pas ná het eten naar huis zou komen. Eigenlijk was ik van plan om aardappels, worteltjes en vis klaar te maken. Maar nu we maar met z´n tweeën zouden zijn, wijzigde ik m´n plan. ¨Wat vind je ervan om lekker erwtensoep te eten?¨ vroeg ik aan Willem. Ja, dat vond hij prima. Het is er dan ook echt wel weer voor. Huh, zo´n koude wind als er vandaag stond!
Ik stommelde het keldertrapje af en pakte twee (1-persoons) potjes erwtensoep van de plank. Die had ik een paar weken geleden als proef geweckt.
Erwtensoep wecken is best een dingetje. Doordat de soep zo dik is, duurt het lang voordat de soep tot in de kern 100 graden is. Ik had de soep daarom voor de zekerheid wel 2 1/2 uur in de weckketel gehad. In principe zou twee uur ook wel genoeg zijn. Je kunt erwtensoep het beste heet in de weckpotten doen en de potten daarna in de weckketel met héét water zetten. Als je de soep koud in de potten doet, gaat hij tijdens het wecken heel erg uitzetten. Dus heet in de potten en dan in de hete ketel. Dat werkt het beste.
Na het wecken moet de soep zo snel mogelijk gekoeld worden. Het is daarom handig om deze dikke soep op een koude dag te maken en de potten meteen na het wecken buiten te zetten.
Ik was benieuwd of het experiment geslaagd was. Dat was het! De soep was werkelijk verrukkelijk en smaakte als vers. En hoe gemakkelijk is het, om dat zó op de plank te hebben staan! Even goed doorwarmen en je kunt aan tafel. We hadden er roggebrood bij. Niet met katenspek, maar met roomboter. Ook lekker. Zodra ik tijd heb, wil ik nu graag een serieuze voorraad erwtensoep wecken. Maar de komende weken zal het wel buffelen worden. De decembermaand is altijd erg druk in de webshop. Maria en ik zetten ons vast schrap :-).
|
Inpakken maar! Hier bakjes amandelen voor in de speculaasbakpakketten. |
|
En aan het einde van de middag sjees ik met de pakjes naar de post
|
Bepaalde bezigheden keren op vaste tijdstippen terug. En eigenlijk vind ik dat best fijn. Het geeft ritme en structuur. Vind ik het in de zomer heerlijk om ´s morgens eerst in de tuin te werken, in de winter is mijn eerste klusje van de dag: de kachel aanmaken. Ik vind het een plezierig werkje. Al weet ik ook, dat als het eenmaal weer voorjaar is, ik het weer fijn vind, als het een dag niet hoeft. Het is maar goed, dat we seizoenen hebben. Dan heb je steeds iets om naar te verlangen en iets wat je graag weer achter je laat.
|
Muck houdt ook zo van de kachel. Zie haar eens wijs in de vlammen staren. Net een mens. |
Ook de ontbijtjes zijn winters. Meestal hebben we nu een warm ontbijt. Met stip bovenaan staat bij ons havermout. Met kaneel, rozijnen, honing en soms een kluitje roomboter en/of fruit.
Op maandag hadden Maria en ik echt enorm veel ingepakt. Op die dag is Julian bij de gastouder en heeft Maria haar handen wat meer vrij. Het is fijn om dan veel te kunnen doen. Het voelt als die eerste klap, die een daalder waard is.
Op dinsdag komt Maria altijd pas wat later. Voordat ze komt, kan ik dan even een slingertje aan het huishouden geven, of iets in de keuken doen ofzo. Deze dinsdag maakte ik walnootspijs. We hadden verse walnootstukjes binnengekregen en daar wilde ik in elk geval even spijs van maken. Het ligt nu in de koelkast te rijpen. Eén dezer dagen wil ik ´appeltjes uit de oven´ klaarmaken als toetje. De uitgeboorde appels vul ik dan met walnotenspijs. Het water loopt me al door de mond, als ik eraan denk ;-).
Andere keukenwerkjes kunnen vaak ook prima tussen de bedrijven door gedaan worden. Zo bakte ik tijdens het klaarmaken van het avondeten een citroencake in de wonderpan. Ik gebruik de wonderpan vaak op m´n inductiekookplaat. Maar als ik aan het koken ben, heb ik niet altijd een ´pit´ over. Bovendien vind ik het tijdens deze grijze dagen ook wel erg gezellig als het petroleumstel aan staat. De wonderpan ging daarom nu op het petroleumstel.
Eigenlijk ben ik maar een luie bakster. Ik wil best graag zelf iets bakken voor bij de koffie. Maar het moet wel snel klaar zijn. Het is hier dus nogal eens cake bij de koffie. Maar goede cake verveelt ook eigenlijk nooit. Zeker niet, als je steeds varieert.
Op woensdag hadden Maria en ik eigenlijk maar een halve werkdag. Want eerst gingen we gezellig samen naar de verjaardag van Vera (van Koos en Willemijn). Vera is twee jaar geworden. En wat was ze jarig, dat heerlijke meisje!
We gingen een beetje bijtijds weer terug naar huis. Dat kwam zo het beste uit met de voeding van Esther. En ik was zo nog precies op tijd om Henk uit te zwaaien. Hij had rijles. Als het goed was, de laatste! Want aansluitend aan deze les was zijn examen. Hoe spannend!
Hij was zelf erg zeker van zijn zaak. Hij ging gewoon dat rijbewijs halen. Aanvankelijk wilde ik dat optimisme wat temperen. Want ja, in één keer je rijbewijs halen is toch ook wel een beetje geluk hebben (vind ik). Maar later dacht ik: ¨Waarom zou ik hem onzeker gaan maken, als hij zich nu juist zo zeker voelt? Eigenlijk is het wel goed, zo.¨ Ik zei dus niets meer en hoopte er maar het beste van ...
Even na tweeën kwam Henk weer thuis. Een brede lach op zijn gezicht. Yes! Hij was geslaagd! Wat super super super fijn!
Alle tien de kinderen hebben nu hun rijbewijs. Allemaal zelf betaald. En dat was voor de meesten toch echt een serieuze aderlating. Wat is het toch allemaal vreselijk duur! Maar goed, dat was het vroeger toch ook al wel, hoor. Ik weet nog dat ik 66 gulden moest betalen voor een les van anderhalf uur. En dat was óók een bonk geld (bijna 40 jaar geleden. Pfff. Nog even en ik ben een fossiel).
Donderdag is normaal gesproken de dag dat Maria niet komt werken. Op die dag plan ik huishoudelijke klusjes, afspraken buiten de deur, computerwerk enzo. Deze donderdag kwamen Koos en zijn werknemer weer een stuk straatwerk doen. Het parkeervak, waar Willem z´n auto altijd staat, namen ze onderhanden. En ze maakten nog een stukje bij de regenpijp af, wat vorige keer opengebleven was, omdat er stenen te weinig waren. Wat is alles super netjes geworden!
Intussen ging ik een voorraad wonderpannen poetsen en in elkaar zetten. Wij krijgen die pannen rechtstreeks van de (Nederlandse) fabriek geleverd en ze zitten dan helemaal onder de zwarte olie. Het is best een klusje, dat pannen poetsen. Eén wonderpan bestaat uit een binnenpan en een buitenpan. Je moet dus steeds twee onderdelen poetsen. Daarna moeten er twee oren aan de buitenpannen gezet worden. Daar heb ik een speciaal apparaat voor. Daarna moet er een knop op het glazen deksel gedraaid worden. Tenslotte gaat de pan in een doos. Die doos moet ik dan ook eerst vouwen en plakken. De pan gaat erin en daarna nog een vlamverdeler, een gebruiksaanwijzing, een a-viertje met tips en een papiertje met een waarschuwing dat de oren en knop erg heet kunnen worden erbij. Ik plak dan de doos dicht en vouw er nog een mooie sleeve om. Al met al zijn het heel veel handelingen en het werkt het gemakkelijkst als je het in serie doet. Dus eerst 10 binnenpannen poetsen, dan 10 buitenpannen, dan 20 oren plaatsen enzovoorts. Het is een werkje wat je bijna gedachteloos kunt doen en dus heerlijk om er een podcast of muziek bij te beluisteren.
´s Middags trok ik me terug op de workshopzolder. Vrijdag zou ik weer een workshop ´Bak je eigen brood´ geven en op donderdagmiddag en -avond bereid ik dat voor. Dat is níet een werkje om gedachteloos te doen, want dan maak je snel een fout.
Tegenwoordig maak ik ´s middags zeven (verschillende) broden tegelijk en dat is aanpoten en je hoofd erbij houden. De ene week gaat het fijner dan de andere. Deze week ging het heerlijk. Het ene na het andere brood lukte prima. Net als de baksels, die ik ´s avonds maakte.
Ik had hierdoor zelfs de tijd en de rust om te genieten van de koffie met speciale taart, die Thirza meenam voor Henk.
De workshop op vrijdag was weer heel gezellig. Met mensen van Bruinisse tot Breukelen tot Ermelo en alles daar tussen. Er waren veel vragen en dat vind ik altijd fijn. Intussen heb ik van verschillende deelnemers al trotse foto´s met eerste zelfgebakken broden binnen gekregen. Hoe leuk is dat!
En toen was het weer zaterdag. Tijd voor m´n huishouden. En omdat het die week ervóór met de Franse slag was gedaan, moest ik deze zaterdag extra m´n best doen. Maar als je even een paar uurtjes aan één stuk kunt doorwerken, kom je een heel eind.
Intussen maakte Henk zich ook verdienstelijk. Hij had beloofd, dat hij voor me naar de stort zou rijden, als hij z´n rijbewijs had. En jawel! Hij wilde wel voor me naar de stort. Ik had het één en ander op zolder verzameld, wat weg kon. En ook stond die donkere eikenhouten kast nog voor aan de weg (van die jongeman, die later bloemen stuurde, omdat hij zó blij was, dat de kast bij ons geloosd mocht worden). Al met al was het een caddy vol en ik zag hem met groot genoegen vertrekken.
Henk had het verder maar druk met ritten ;-). Hij bezocht een zieke vriend, ging dus naar de stort, haalde z´n neef Willem op, bracht ´s avonds eerst z´n vriend William thuis en deed tenslotte nog een ritje naar Streefkerk om Willem weer thuis te brengen. Prima hoor. Zo doet hij snel ervaring op. Van de ervaring moet je het leren.
Willem wilde graag nog even er tussenuit. We zijn toen halverwege de middag naar Gorinchem naar de kringloop geweest en daarna deden we samen de weekboodschappen. Het voelt nog altijd raar om zulke dingen samen te doen, in plaats van met een horde kinderen in onze kielzog. Waar is de tijd gebleven? Maar behalve dat het raar voelt, voelt het ook goed. Hoe fijn om dit samen te mogen en te kunnen doen!
En zo werd het ook weer zaterdagavond. Nu met ´maar´ elf friet-eters. Ook dat heeft wel weer z´n charme, om met een wat kleiner clubje te zijn. Wilma was ook weer van de partij. Maar zij ging na het eten direct weg naar een volgend adres. En zodoende zat ik later op de avond in mijn eentje te breien. En te genieten van de rust. Kaarsjes aan. Muziek aan. Kachel aan. Breien. Rust op weg naar de rustdag.