Ik kwam dit jaar maar moeilijk op gang met m'n moesdak. En dat terwijl we nog wel zo'n vroeg en mooi voorjaar hadden. Voor het eerst in alle jaren dat ik moestuinier (in potten en bakken op ons dakterras) had in niet veel zin in voorzaaien.
Ruimte
Eigenlijk had ik er ook gewoon de ruimte niet voor. We hebben namelijk het overloopje op onze tweede verdieping ingericht als huiswerkplek voor Hans. Sindsdien zijn er dingen die daar opgeslagen stonden tijdelijk verhuisd naar onze slaapkamer in afwachting van Willem die een grote opbergkast zou timmeren. Gelukkig is die kast nu bijna klaar en hoop ik binnen twee weken de boel hier weer helemaal aan kant te hebben. Ik heb Willem (die er sceptisch over was of al mijn 'troep' in die kast zou passen) beloofd, dat alles wat dan nog niet in die kast staat naar de stort mag. En ik mag dan niet ruim bedeeld zijn met ruimtelijk inzicht, ik weet zéker dat het gaat passen. De kratten met Duplo die we niet weg willen doen. De kist met poppenspullen. De dozen met handwerkspullen. De kratten met imkerspullen. Het moet allemaal in de kast. En dan is er weer RUIMTE.
Inhaalslag
Nu heb ik de afgelopen weken erg van m'n bloementuintje genoten en ook daarom m'n moesdak niet gemist. Maar toch ben ik nu hard aan een inhaalslag bezig. De prachtig bloeiende peulenpyramide, met inmiddels de eerste peultjes, heeft daartoe zeker geïnspireerd.
Zaaien
Om m'n achterstandje in te lopen heb ik wat plantjes gekocht. Sla, andijvie, peterselie en nog zo het een en ander.
Niet teveel, want 20 cent per plantje vind ik toch zeer doen in m'n portemonnee als ik bedenk dat zaaien zo goed als gratis is. Dat zaaien heb ik dan ook meteen voortvarend ter hand genomen. Er kan namelijk nog van alles gezaaid worden. Ik zaaide snijsla, kropsla, rucola, andijvie, peterselie en -op de valreep- ook nog drie courgettes. We blijven deze zomer toch thuis, dus geeft het niet als alles wat laat is. Tijd genoeg om water te geven en van de oogst te genieten, hopen we. Ik denk dat ik van de week ook nog maar zo'n peulenpyramide opzet. Ik vind het echt een succes. Peulen groeien snel, bloeien mooi en geven ook veel en lekkere oogst. Jonge peultjes kun je gewoon zo rauw eten en dus snoep ik peultjes als ik de was ophang en doe ik ook peultjes in Willem z'n lunchsalades. Mmm!
M'n bijen
Het is heerlijk om op m'n moesdak bezig te zijn. Niet alleen om er te moestuinieren of de was aan de lijnen te knijperen, maar ook om op m'n gemakje een poosje naar m'n bijen te kijken. Het is helaas wel kommer en kwel, m'n bijen. Het is nog wel zo'n goed bijenjaar en ik was zó blij, dat m'n twee ingewinterde volken goed uitgewinterd waren. Maar aan een darrenbroedige koningin is helaas niets te doen. Misschien wel even leuk om daar iets over te vertellen:
Bijenweetjes
In een bijenvolk leeft één koningin, leven een heleboel werksters (vrouwtjesbijen) en wat darren (mannetjesbijen). De koningin is het belangrijkst. Als de koningin dood gaat, is het volk ook ten dode opgeschreven. Een dag of vijf na haar geboorte is de koningin geslachtsrijp. Zij gaat dan op bruidsvlucht en paart hoog in de lucht met verschillende darren. Als dat allemaal goed gaat heeft ze voor heel haar leven (ze wordt een jaar of drie) genoeg zaad om bevruchte eitjes te leggen. Uit elk bevrucht eitje wordt een werkster geboren. Dat is een vrouwtjesbij die verschillende taken heeft. Ze poetst de cellen (waar de koningin haar eitjes in legt), ze verzorgt en voedt de koningin, ze houdt de wacht bij de vliegspleet, zodat er geen indringers binnenkomen, ze haalt water, nectar en stuifmeel. En dat allemaal in haar korte leventje (zomerbijen worden maar 6 weken!). Darren hebben eigenlijk maar weinig nut. Een paar darren hebben het geluk om een koninginnetje te bevruchten. Nou ja, geluk? Ze moeten het met de dood bekopen! De andere darren laten zich heerlijk door de werksters voeden en lummelen wat in en uit de kast. Je hoort het meteen als er een dar komt aanvliegen, want darren zijn veel groter en brommen veel harder. Je kunt ze gewoon beetpakken, want darren hebben geen angel. Aan het einde van de zomer vinden de werksters het wel goed met dat stelletje opvreters die verder niets uitvoeren. Ze steken ze koelbloedig dood (de zogenaamde darrenslacht). Zoals ik al schreef wordt de koningin zo'n drie jaar oud. Als ze eenmaal goed aan de leg is kan ze wel 1500 eitjes per dag leggen. Maar...als het zaad op is ('haar spermatheek leeg is'), is het einde verhaal. Ze kan dan alleen nog maar onbevruchte eitjes leggen. Dat zijn de eitjes waaruit darren worden geboren. De koninging is dan 'darrenbroedig', zoals dat heet. Ik had dus helaas zo'n darrenbroedige koningin. Als je dan niets doet gaat het hele volk ten gronde. Daarom heb ik een nieuw, klein volkje gekocht en dat met het volk met de darrenbroedige koningin verenigd. En alweer helaas: de koningin van het nieuwe volkje blijkt niet helemaal goed te zijn. Ze kwam niet goed aan de leg en ze legde haar eitjes rommelig verdeeld over de ramen. Nu hebben de bijen ook gemerkt dat de koningin niet goed is, en ze hebben een oplossing bedacht. Ze 'maken' nu zelf een nieuwe koningin. Dat kan als een vers eitje alleen maar gevoed wordt met speciaal voer: koninginnegelei. De werksters maken dan speciaal voor de aanstaande koningin een prachtige, langwerpige cel. Net een soort pinda. Ik vond die cel vrijdag in mijn volk.
En nu is het spannend. Wordt er straks een goed koninginnetje geboren? En gaat dat koninginnetje dan op bruidsvlucht? Vindt ze goede darren om mee te paren? Wordt ze niet opgegeten door een hongerig vogeltje? Komt ze terug in haar volk en gaat ze dan eindelijk doen, wat ze doen moet: eitjes leggen? Ik hoop het maar. Want als het níet goed gaat, is het volk echt verloren. En dat zou het tweede volk zijn wat ik kwijt ben. Eerder raakte ik ook al een volkje kwijt. Ik zal jullie niet vermoeien met nóg meer bijeninfo over het hoe en wat er gebeurde. Maar af en toe zal ik wel over m'n bijtjes schrijven. Het is zo'n geweldige hobby!
Half vakantie
Tja. Verder gaat het hier z'n gangetje. Drie kinderen hebben de hele week vrij van school. De rest moet naar school en naar het werk. Het huishouden doe ik maar een beetje zoals het uitkomt. Dat komt wel weer goed als alles 'normaal' is. Wel hoop ik deze week de laatste slinger aan de kledingwissel te geven. Ik moet de kasten nog één keer helemaal nalopen en ook de voorraden kleding nakijken. Volgens mij is er nog behoorlijk wat spul wat weg kan.
Vandaag maakte ik kipkroketten. Ik ga er zo meteen maar eens een aantal bakken. Voor het (halve) vakantiegevoel, zeg maar ;-).