Het was een heel goed idee, om vorige week het zaaien op te pakken. Behalve dat het toch wel langzamerhand hoog tijd werd voor het voorzaaien, blijkt het nieuwe leven in de kraamkamer op zolder me elke dag zóveel vreugde te verschaffen! Ik kan het iedereen aanraden. Juist in deze tijd, waarin het dagelijkse nieuws zomaar voor een gevoel van gedeprimeerd zijn kan zorgen.
Al van jongs af aan ben ik graag bezig met plantjes en bloemetjes. Ik kocht soms van het geld van mijn zaterdagbaantje plantjes voor op de slaapkamer, die ik met m´n twee zussen deelde. Ik weet nog precies, welke planten ik had. Een chinees lantaarntje, een asperagus, een erwtenplantje, kaaps viooltjes....en al die plantjes werden ook regelmatig gestekt.
Na heel lang soebatten bij mijn vader kreeg ik een stukje tuin om zelf voor te zorgen. Er werd gezaaid, geplant, gewied, geharkt. Ik weet ook nog heel goed hoe verschrikkelijk trots ik was op een Vlijtig Liesje, wat ik uit een zaadje had opgekweekt en wat precies prachtig in bloei stond, toen mijn vader in het ziekenhuis werd opgenomen. Toen ik bij hem op bezoek ging, gaf ik hem het mooiste bezit wat ik had: het bloeiende plantje. Helaas moest ik het weer mee naar huis nemen. Want in een ziekenhuis mochten wèl bloemen, maar géén plantjes op de ziekenzaal staan.
Het eerste huisje, waar Willem en ik gingen wonen, was een bovenhuis. We hadden daar geen tuin, maar wel een groot dakterras. Daar probeerde ik met potten en bakken een soort tuintje van te maken. Heel erg succesvol was ik daar niet in. We hadden geen luis om dood te drukken en ik had domweg geen geld voor potten en potgrond en planten. Daardoor was het resultaat nooit wat ik voor ogen had. Bovendien schroeide je in de zomer compleet van dat dakterras af en dat was dus niet zo´n beste omgeving voor planten in potten.
Het tweede huis, waar we woonden, had ook geen tuin. En daar hadden we zelfs geen dakterras, maar slechts een smal balkon. In de jaren, dat we daar woonden, had ik niet zoveel met planten, behalve de paar potten bij onze voordeur. Nu had ik het in die jaren ook heel druk. Want behalve drie schoolkinderen, die we al hadden, kwamen er in dat huis maar liefst zes kinderen in zeven jaar tijd bij. Ik was full time aan het luiers verschonen, hapjes en papjes en borstvoeding geven, kinderen op bed brengen en uit bed halen, snottebellen vegen, pleisters plakken, ruzietjes sussen en nog veel meer :-).
Het derde huis was een huis met een tuin! Wat was ik daar enorm blij mee! Niet alleen omdat ik dan weer wat met plantjes kon doen, maar vooral omdat we met elkaar buiten konden zijn. Koffie drinken, bbq-en enzovoorts. Dat huis had ook nog eens een dakterras en daarop legde ik een moesdak aan (zoals ik dat noemde). Ik kweekte groenten en kruiden in potten en bakken. Ik deed het low budget en gebruikte onder andere grote lege olieblikken van de chinees om er planten in te zetten. Het meeste wat ik er kweekte was ook zelf gezaaid. Dat kost natuurlijk precies niets.
En nu? Nu wonen we heerlijk buiten. Al voor het derde jaar! En langzaam maar zeker ontstaat er een moestuintje bij ons huis. Toen we hier kwamen wonen was er alleen een breed grindpad en een stuk gras met een oude boom. En een leuke voortuin met een heg eromheen. Alles moest op de schop, want we hadden parkeerplaatsen nodig voor de auto´s van de gezinsleden en voor de mensen, die een workshop komen doen. Het was een mega-klus om alleen al de contouren, een terras en een parkeerplaats aan te leggen. Het was dan ook nog lang en lang niet af, toen ik in die eerste zomer toch alvast een piepklein stukje tuin bestemde als moestuintje. En al in dat eerste jaar was ik daar zó blij mee!
Het smaakte naar meer en vorig jaar kwam er een heus moestuinvak met bedden en paadjes van houtsnippers. En een rek, waarlangs eerst de peultjes en later de pompoenen groeiden. Het smaakte naar nóg meer. Dit jaar wil ik heel graag de punt grond aan de andere kant van de oprit tot moestuin bestemmen. Hiervoor heb ik nog weer eerst de hulp van Hans nodig. De grond moet eerst een stukjes afgegraven worden, omdat het keihard geworden grindpad eronder ligt. En daarna moet er goede tuinaarde op. Ik hoop heel erg, dat Hans het op tijd kan fixen. Op tijd in die zin, dat mijn voorgezaaide groenten erin kunnen. Ik moet het geduldig afwachten. Per 1 april hoopt Hans voor zichzelf te gaan beginnen. En wie weet heeft hij dan helemaal geen tijd voor klusjes voor z´n moeder ;-).
Maar goed. Voorlopig heb ik nog wel een paar weken de tijd, voordat er plantjes naar buiten kunnen. We beginnen met de doperwten en die kunnen gewoon in een bed in het moestuinvak van vorig jaar. Willem heeft juist zaterdag het klimrek één bed opgeschoven, zodat ik keurig wisselteelt kan toepassen.
Voor nu geniet ik van al het moois in de kraamkamer. Ongelofelijk wat er in één week tijd al opgekomen is:
In huis geniet ik van de bloembolletjes, waar ik door die en gene mee word verrast. Vorige week kreeg ik op de workshop een hele leuke variëteit van narcissen. Ik heb ze in een mooie bak op tafel gezet Het leuke van deze narcissen is, dat ze bijzonder lekker geuren. En ja, na de bloei, kunnen ze de bloementuin in. Die wil ik aan de voorkant van ons huis aanleggen.