't Is vandaag de eerste dag van de herfstvakantie, hier. En dat betekent, dat ik middenin de kledingwissel ben beland. 't Lijkt hier ongeveer het kledingmagazijn van C&A wel. Overal stapeltjes kleding, netjes gesorteerd, brief erop met de maat enzo. En intussen schijnt het, of ik overal en nergens mee bezig ben. Toch verloopt alles volgens een al jarenlang beproefde methode. Het is heel simpel, voor degene die de weg weet in de kasten en op de andere plaatsen, waar ik de kledingvoorraden bewaar. Voor wie dat niet weet, heeft het meer iets weg van een tweedehandskledingmarkt, waar iedereen tegelijkertijd staat te graaien om het beste en het mooiste te pakken te krijgen. Op verzoek zal ik wat schrijven over mijn systeem. Het hele jaar door, maar vooral als het nieuwe kledingseizoen bijna begint (of net begonnen is), komen hier zakken vol kleding binnenrollen. Als de mensen eenmaal weten, dat je erg blij bent met gedragen kleding, vinden ze het vaak leuk, om je die kleding te geven. Wie wil er nu niet graag iemand blij maken, toch? Ik heb nooit onder stoelen of banken gestoken, dat ik er blij mee ben en dus krijg ik van alle kanten altijd kleding aangeboden. Zodra er kleding binnenkomt, kijk ik wat er van mijn gading bij is. Soms is de hele inhoud van een vuilniszak precies wat je kunt gebruiken, soms haal je er maar 1 kledingstuk uit, wat van pas komt. Wat ik niet kan gebruiken, wordt meteen gesorteerd. Als ik er iemand anders voor weet (zus of vriendin), gaat het dáár naartoe. Als ik er niemand voor weet, gaat het in de kledingcontainer of naar de zending. De dingen die wèl ik kan gebruiken, worden vervolgens óók gesorteerd. Alle planken in mijn kasten liggen vol gelabelde stapeltjes kleding. Op de overloop hangt een papier, waarop ik heb geschreven waar ik alles kan vinden. Bijvoorbeeld: meisjes, zomer, maat 128, schuif 1, plank 3, betekent dat in de eerste schuifkast op plank 3 een stapel meisjes zomerkleding in maat 128 ligt. Als ik iets in die categorie in de zak heb aangetroffen, wat nog in goede staat is, leg ik dat meteen op die stapel erbij. Op deze manier houd ik mijn kledingvoorraden netjes bij. Als het dan eenmaal zover is, dat ik de kledingwissel ga doen (= in de herfstvakantie en in de meivakantie), dan hoef ik alleen maar het papier erbij te pakken en de juiste stapel te voorschijn te halen en het passen kan beginnen. Vorige week ben ik alvast een beetje begonnen. Ik heb de dozen met winterjassen bij mijn moeder opgehaald en ook de dozen met zondagse kleding. Dat zijn de spullen, die nogal veel plaats innemen en die daarom bij mijn moeder gestald zijn. Deze spullen heb ik vorige week alvast uitgezocht. Vanmorgen ben ik begonnen met de rest. Ik heb eerst Hans en Koos gedaan. Hoe je het ook wendt of keert, passen vinden kinderen nooit zo leuk. Al na de derde broek zuchten ze: "Wanneer zijn we nu klaar", en dan ben ik maar wát blij, dat ik lekker thuis ben en me niet in duizend bochten sta te wringen in te kleine paskamers, met jengelende kinderen aan m'n rokken. Toch was ik óók blij, toen de pas-sessie er voor wat deze jongens betreft opzat. Alles wat goed paste was op een stapeltje beland, alles waar nog iets aan veranderd moest worden (uitleggen, innemen, korter maken enzo) lag op een ander stapeltje. Wat te groot of te klein bleek te zijn, werd ook meteen gesorteerd. En zelfs werden er 2 stapeltjes met afgekeurde kleding gevormd. Eén stapeltje met nog goede, maar te gedateerde of totaal niet onze smaak zijnde kleding. Die is nog prima geschikt voor de zending. Het andere stapeltje werd gevormd door te versleten kleding. Die gaat, nadat de knopen en ritsen etc. verwijderd zijn, in de kliko. Toen alles gepast was, mochten de kinderen gaan spelen en ben ik zelf stelletjes bij elkaar gaan zoeken. Als er iets ontbreekt, schrijf ik dat per kind op. Aan het einde van deze week ga ik met m'n brief naar de stad en koop in 1 keer alles, wat ik nog nodig heb. Ik ga dan meestal zonder kinderen. Ik neem gewoon een goed passend kledingstuk mee en zorg dat het aan te schaffen kledingstuk dezelfde grootte heeft. Ik hoef trouwens nooit zo heel veel te kopen. Voor Hans gaat het alleen maar om een zwarte broek, voor Koos staat er op het lijstje: 2 shirts met lange mouw (voor onder kriebeltruien), 1 rood shirt korte mouw, 1 blouse of trui voor op een donkergrijze ribbroek, een zondags pak (wij hebben speciale kleding voor naar de kerk) en schoenen. Morgen ga ik weer bij 1 of 2 kinderen passen. Ik ben nog wel 2 weken bezig voordat echt álles aangevuld is en echt álles weer netjes in de kasten ligt. Behalve bovenkleding inventariseer ik ook ondergoed, sokken, maillots, pyjama's, zwemkleding, jassen, mutsen, sjaals, wanten, schoenen en laarzen. Ik heb er vandaag over nagedacht, waarom ik nu toch altijd zo'n hekel heb aan deze klus. Ik denk, dat het komt, vanwege de rommel overal. Overal die stapeltjes en briefjes. Brrr. Ik zal blij zijn, als alles weer ordelijk is!