dinsdag 28 oktober 2008

Insteken, omslaan....

Breien werkt erg aanstekelijk, geloof ik. De één na de ander wil hier ineens breien leren en ik lijk 's avonds wel zo'n brei-juf. Dan zit ik met Leendert, Hans en Maaike te breien. Nou ja, zíj proberen het, en ík mag steken oprapen enzo ;-).




Vanmiddag gaat Koos breien leren bij oma. Wat zullen we straks een produktieve familie worden :-). Ik had zelf een paar sokken opstaan op naalden nummer 2, met heel mooie, maar erg dunne wol. Dat duurde dus wel even, voordat die klaar waren. Eindelijk zijn ze af en ter compensatie ben ik nu een omslagdoek aan het breien op naaldnummer 8. Dat schiet tenminste lekker op.





Verder vind ik het wel fijn, dat de vakantie weer voorbij is. Het was heel gezellig, maar ook super druk en rommelig. Kinderen gingen en kwamen logeren. De kledingwissel die op volle toeren draaide. Naar de stad om ontbrekende kleding te kopen. Het verjaardagsfeestje van Maaike. Zelfs nog een uitstapje samen met Willem. Alles bij elkaar was het genoeg om aan het einde van de week zo ongeveer bekaf te zijn. Nu zitten we weer in het ritme van alle dag. En alleen al het gezamenlijke ontbijt, in plaats van te hooi en te gras wat eten, vind ik een verademing.



Zaterdag hebben we ook maar weer de oude traditie van patat bakken in ere hersteld. De bbq is écht tot volgend jaar opgeborgen. En dus is het nu tot minimaal april iedere zaterdag patatdag. Uiteraard wordt patat hier gewoon zelf gemaakt. Heel eenvoudig:

Patatbonken schillen (we hebben 5 kilo nodig, als iedereen er is).



De bonken in repen snijden en een poosje in water met zout zetten.



De reepjes laten uitdruipen en droog deppen.



In kleine porties voorbakken: 5 minuten op 150 graden.

In kleine porties afbakken: 2 minuten op 180 graden.



Dat is iedere week weer smullen. Ik varieer altijd met wat ik er aan snacks bij geef. Eén ding mag echter nóóit ontbreken, want dan krijg ik commentaar. Er moet zelfgemaakte pindasaus bij:

Doe een scheutje olie in een pannetje en verwarm het een beetje. Doe er 1 eetlepel sambal bij en 2 theelepels gehakte knoflook op olie (of 2 tenen knoflook uit de pers). Vervolgens: een flinke scheut ketjap, een klein scheutje azijn, 3 tot 4 eetlepels bruine basterdsuiker en een potje pindakaas (de goedkoopste). Je roert het geheel om en let er op, dat het mengsel niet te warm wordt, want dan loopt de olie uit de pindakaas en krijg je een vieze laag olie op je saus. Als je de ingrediënten hebt glad geroerd, doe je er beetje bij beetje water bij totdat de hoeveelheid saus ongeveer verdubbeld is. Blijven roeren, niet laten koken(!!!), totdat de saus glad is en de gewenste dikte heeft. Deze saus vinden ze hier heerlijk en als er een beetje overblijft, doen ze het de volgende dag op brood. Bijvoorbeeld over de kaas. Of gewoon pindasaus met een likje chilisaus. Rare gasten.

Zaterdag heb ik appellimonadesiroop gemaakt. Ik ben daarvoor op dezelfde manier te werk gegaan als bij de grapefruitlimonadesiroop. Eerst appelsap maken (met de ontsapper), zeven door een neteldoek en dan anderhalve kilo suiker op 1 liter sap toevoegen. Ik ben alleen zo dom geweest, om de appelsap met de suiker aan de kook te brengen. En dat kan je met zulk pectinerijk fruit natuurlijk beter niet doen. Toen de flessen siroop waren afgekoeld en ik de kinderen een heerlijk glas appellimonade wilde aanbieden, bleek de siroop gelei te zijn geworden :-). 't Is niet zo erg, want met de staafmixer is het prima op te lossen. Maar dom is het natuurlijk wel! Volgende keer de suiker gewoon door de warme appelsap roeren, en níet laten koken!