dinsdag 11 september 2018

Weggooien is zonde.

Al jaar en dag scoor ik groenten en fruit voor ons gezin tegen kleine prijsjes. Dat zijn dan producten die (heel) snel op moeten (of heel snel verwerkt moeten worden) en die niet meer voor de volle prijs verkocht kunnen worden.

Tegenwoordig kun je ook in de supermarkt op die manier winkelen en is er van alles te koop met een kortingssticker. Fijn voor als je een smalle beurs hebt. Maar ook zéker fijn voor het milieu. Alle producten met een sticker, die níet verkocht worden, eindigen als afval. Iets wat je eigenlijk wel weet, maar wat ineens de volle werkelijkheid wordt, als je ziet hoe al dat kostelijke voedsel écht weggegooid wordt! Onze Maria werkt nu een aantal weken als vakkenvuller bij een grote supermarkt en kan er nog steeds niet over uit, hoeveel goed eten er zo weggegooid wordt. Voedsel wat aan of over de datum zit. Maar ook voedsel wat gevallen is of zo. Dan is er bijvoorbeeld een pak yoghurt opengebarsten en de inhoud is over andere producten heengegaan. Die worden dan ook gewoon weggegooid.

Nu dat, wat ik wel wist, door Maria bevestigd is, ben ik nóg fanatieker in het aankopen van spullen die anders weggegooid worden. Want weggooien is zonde! Zo krijgt Leendert vier van de vijf keer vleeswaren met een sticker mee naar zijn werk.


En als ik een goed stukje vlees zie liggen, wat ik wel kan gebruiken, gaat dat ook mee.


En ja, dan hebben we natuurlijk ook de partijtjes groenten en fruit van de markt. Gisteren was de achterbank van m´n auto weer volgezet. Ik was er gisterenavond niet meer aan toegekomen, om er iets van te verwerken. Behalve dan dat ik een portie witlof had gestoofd voor het avondeten en dat ons toetje bestond uit aardbeitjes en druiven. De rest stond nog altijd op de achterbank. En dus ging ik vanmorgen vroeg eerst eens op inspectie uit.

Het eerste wat ik tegenkwam was een doos pruimen: Reine Victoria´s. Deze pruimen waren ver heen. Ze waren overrijp en het vruchtvlees was zacht. Toch hoefden ze niet de groene container in. Deze pruimen waren nog prima om er limonadesiroop van te maken. Daarvoor moesten ze eerst worden ontsapt. Ik haalde m´n weckketel met ontsapper voor de dag, waste de pruimen en deed ze, hup, in de ontsapper. Hoef je verder niets aan te doen. Makkelijk toch?



Terug naar de auto om te kijken, wat er nog meer was. Ik vond een doosje met zakken prei. De buitenste bladeren waren snotterig geworden. Geen wonder in zo´n plastic zak. Wie verzint er nu, dat zulke prachtige bio-preien in plastic zakken verpakt moeten worden :-(. Behalve de snotterige buitenste bladeren was er niets mis mee. Dus maakte ik de preien schoon, sneed ze in ringen, waste de ringen en deed ze in een zak in de koelkast. Daar zag ik een lekkere stamppot prei in.





Bijna een kilo. Een beetje weinig groente voor als iedereen thuis is. Maar ik bedacht, dat er ook nog een pondje spruitjes lag. Dat marcheert best.

In het kratje van de preien lag ook nog een wit kooltje. Te weinig voor een complete maaltijd. Misschien gaat hij dienst doen in nasigroenten, of wordt het koolsla, of ... keuze genoeg.


Er kwamen ook vier venkelknollen te voorschijn. Daar ga ik van de week een lekker venkelsoepje van brouwen.

Voor de derde keer dook ik de auto in. Nu stuitte ik op twee dozen aardbeitjes. Dat had ik gisteren al gezien: die moesten snel op. En, kijk nou, er lag nóg een zak bio-preien bij de aardbeien. Dat komt mooi uit. Daarmee heb ik precies een goede hoeveelheid voor de stamppot. De preien werden schoongemaakt, gesneden en bij de rest in de zak gestopt. Fijn!



In de stilte van de vroege morgen stortte ik me op de aardbeitjes. Echt zo´n klusje waarbij je je gedachten kan laten gaan, terwijl je handen het werk doen. Er zaten nogal wat aardbeien bij, die beschimmeld waren. Maar er bleef toch een mooie schaal goede exemplaren over.


Bijna drie kilo! Ik besloot om er nu eens geen jam van te maken. Na de circa 400 potjes, die ik de afgelopen weken maakte, ben ik daar wel even klaar mee :-). Ik kookte de aardbeien in wat water zacht. Ik ga er aardbeiensaus (tova) van maken. Maar dat komt morgen bij leven en welzijn wel. Ik moest zo langzamerhand gaan stoppen met m´n groenten-en-fruit-reddingsactie. Huize Luijk ontwaakte. Ik had nog net tijd om voor het ontbijt het pruimensap door een neteldoek te laten lopen. De doos pruimen had maar liefst 5 liter sap opgeleverd. Het siroop maken moet ook morgen maar. Want ja, voor vandaag stond er wat anders op het programma: opruimen!



Maria en ik hebben weer hard aan ons 100-zakken-en-dozen-project gewerkt. De weckvoorraad is nagelopen, de potten zijn gepoetst, de planken en muren geschrobd. Heerlijk! En ja hoor, de gesteven kantjes hangen ook. Ha, ha. Ik had er vanmorgen met een achternichtje nog dikke pret om. Zij had zo moeten lachen om die foto van gisteren met die 10 boeken naast m´n bed. Maar hé: er hingen toch wél (bijna) gesteven kantjes in de garage :-). Inderdaad: lachwekkend. Maar ik geniet er lekker toch van :-).


De planken naast de deur zijn ook een stuk leger.


Het wordt nog eens wat. In elk geval verdwenen er weer drie zakken/dozen en kwam de teller op 63. Nog 37 te gaan.


Tijdens het koffieuurtje met schoonmama, vanmiddag, maakte ik de spercieboontjes schoon, die ik op de achterbank vond. Ha, lekker! Ook die hoeven niet te worden weggegooid. Een bruin plekje, daar krijg je heus niets van.


Bij verrassing vond ik ook een stuk of 8 doosjes met verse munt en theekruiden. Subiet werd er een grote thermoskan muntthee gemaakt. Zo krijgen we op een prettige manier ook meteen ons benodigde vocht vandaag weer binnen!

En die stamppot prei? Die aten we vanavond. Het was smullen. Aardappels, prei, kruidenroomkaas, een flinke lik zelfgemaakte mosterd en wat geraspte nootmuskaat. Voor de vleeseters een kipdijfiletje erbij. Mmmm!